Ons Kent u deze Nog-elftal aller tijden

kudn elftal aller tijden

Hoera, onze website bestaat een jaar! Wat een feest om elke dag via twitter oud-voetballers te mogen feliciteren met hun verjaardag en op onze site elke dag herinneringen op te halen over voetbaliconen uit het verleden. Uit een tijd dat er nog geen combi-tickets nodig waren, voetbalschoenen nog gewoon zwart waren en hooliganisme nog hooguit ‘hi ha hondelul’ betrof.

 

Tijd ook om voor onszelf eens de balans op te maken en ons eigen cult-elftal aller tijden op te stellen. Over dit team en de sterkte ervan kun je discussiëren. Er zijn immers wel 24 cult-elftallen samen te stellen! Die discussie, daar beginnen we vandaag even niet aan. Dit is óns favoriete Kent u deze Nog-elftal aller tijden!

kudn elftal aller tijden
kudn elftal aller tijden

Keeper: Oscar Zijlstra (1952)
Besnorde keeper van SC Cambuur in de jaren ‘80. Werkte bij een slachthuis en speelde ondertussen 185 wedstrijden in acht seizoenen voor de Friezen. Werd wereldberoemd in Nederland door zijn historische uittrapgoal tegen Willem II. Cambuurs’ mooiste doelpunt ooit werd toevallig vastgelegd door een amateurfilmer.

Rechtsback: ‘Turbo’ Berry van Aerle (1962)
Speersnelle rechtsback van PSV. Won met de ploeg de Europa Cup 1 in 1988 en werd in datzelfde jaar Europees Kampioen met Oranje. De symphatieke antiheld behaalde een cultstatus door zijn bescheidenheid die zonder morren zijn taak uitvoerde. Theo Maassen beweerde ooit bij wijze van grap dat Van Aerle plichtsgetrouw zijn maandelijkse contributie betaalde, terwijl medespelers miljoenen verdiende. ‘Turbo’ Berry werd na zijn carrière postbode, nu is hij supporterscoördinator en lid van het PSV-scoutingsteam.

Centrale verdediger: Gène Hanssen (1959)
Bikkelharde en ruimschoots getatoeëerde verdediger die in de jaren ’80 meer dan 400 wedstrijden speelde voor Roda JC. De mijnwerkerszoon probeerde het nog wel even in het buitenland, bij Yomiyuri Verdi, maar keerde gauw terug omdat hij het Limburgse land niet kon missen. De immer stoer kijkende Hanssen is ook dierenliefhebber. Vooral de welbekende kweekvogels, kanarie en de distelvink krijgen zijn enthousiaste aandacht. Ook heeft hij een eigen visvijver.

Centrale verdediger: Patrick Pothuizen (1972)
‘Potje’ was vooral populair bij NEC. Getooid met lange manen vormde de onverzettelijke speler een prima duo met de eveneens langharige Marcel Koning. Samen werden ze in Nijmegen liefkozend ook wel ‘De Alpenzusjes’ genoemd. De geboren Culemborger, die graag een biertje dronk met zijn fans, is nog steeds recordhouder gele kaarten. Hij zag er in zijn carrière maar liefst 84.

Linksback: Sjaak Polak (1976)
Linkspoot die bekendheid verwierf met zijn verwoestende schot en legendarische uitspraken. De De onverzettelijke Hagenees speelde bij Excelsior, FC Twente, Sparta, Veendam en RBC. Hij scoorde veel mooie goals uit vrije trappen en stond bekend als penaltykiller. Minstens zo leuk waren zijn vermakelijke wedstrijdanalyses na de wedstrijd voor de camera’s van de NOS en SBS6, waarmee hij grote populariteit verwierf bij de voetballiefhebbende tv-kijker.

Rechtshalf: Abe van den Ban (1946)
Dynamische middenvelder van AZ ’67, FC Amsterdam en HFC Haarlem. Verwierf een cultstatus door zijn imposante snor. Schoolkinderen maakten ruzie om zijn zeer gewilde paniniplaatje. Na zijn carrière werd Van den Ban onder meer kapper en beheerder van een asielzoekerscentrum. Zijn cultstatus reikte zelfs zover dat op 23 het evenement ‘In den Ban van Abe’ werd georganiseerd. Een ode aan hemzelf en aan de inmiddels failliete club HFC Haarlem.

Verdedigende middenvelder: Epi Drost (1945-1995)
Een van de grootste FC Twente-spelers ooit. ‘Manolito’ speelde meer dan 423 wedstrijden voor de Tukkers. Epi Drost was in het veld een echte leider die voorop ging in de strijd, had een prima inzicht en was gezegend met een uitstekende traptechniek. Hij stond ook bekend om zijn risicovolle wijze van uitverdedigen. Toenmalig bondscoach Fadrhonc zei ooit veelbetekenend: “Mit dem Epi ist immer Cirkus.” Icoon Epi Drost overleed in 1995 plotseling op slechts 49-jarige leeftijd.

Aanvallende middenvelder: André ‘Koko’ Hoekstra (1962)
André Hoekstra werd ook wel ‘de koning van de kluts genoemd’. Een weinig gepolijste en hardwerkende voetballer van Feyenoord en RKC die een neusje voor de goal had. De besnorde speler maakte samen met spelers als Johan Cruyff, Peter Houtman en Ruud Gullit onderdeel uit van het legendarische Feyenoord dat in 1984 landskampioen werd en de beker won. Hoekstra stond ook bekend om zijn zelfspot. Naar eigen zeggen kon hij als voetballer niet eens dribbelen: “Anders zou ik onmiddellijk mijn enkels breken”.

Rechtsbuiten: Finidi George (1971)
De Nigeriaanse rechtsbuiten was een van de smaakmakers van het glorieuze Ajax in de jaren ’90. Al zag het daar eerst niet echt naar uit. De flankspeler kwam binnen als een volslagen onbekende stagiair. Tot verrassing van velen bood Louis van Gaal hem een contract aan. Finidi speelde zich snel in de basis en vormde op rechts een uitstekende tandem met Ronald de Boer. Hij scoorde een fantastisch doelpunt tegen Bayern München in de Champions League en werd razendpopulair in Amsterdam. De bescheiden speler genoot zichtbaar van zijn populariteit en stak regelmatig zijn duim in de lucht als het liedje ‘Finidi, oh oh, Finidi, oh oh’ weer eens door stadion De Meer galmde.

Centrumspits: Folkert ‘nooit op zondag’ Velten (1964)
Clubicoon die zijn gehele carrière bij Heracles in Almelo in de Eerste Divisie speelde. De doelpuntenmachine had wellicht veel hoger kunnen spelen, maar was erg consequent. Vanwege zijn geloofsovertuiging speelde de besnorde spits namelijk nooit op zondag. Ook vermeende interesse van Ajax en uit de Bundesliga konden hem niet verleiden. Naar de beste speler van de Eerste Divisie in 1994 is een tribune van het Heracles-stadion vernoemd.

Zwervende spits: Milko Djurovski (1963)
Lange haren, sigaretten, stoppelbaard en zwarte maillot. Dat waren de handelsmerken van deze balvaardige en grillige aanvaller van FC Groningen in de beginjaren ’90. Het enfant terrible van het Oosterpark zorgde regelmatig voor een relletje, maar besliste met zijn heerlijke acties menig wedstrijd en kreeg daarmee het publiek op de banken. Samen met Hennie Meijer en Harris Huizingh vormde hij een levensgevaarlijke aanval van de Noorderlingen. Onder trainer Hans Westerhof was FC Groningen in 1991 was de club, met Djurovski als belangrijke pion, zelfs lange tijd in de race voor het kampioenschap. ‘De Trots van het Noorden’ eindigde dat jaar als derde.

Coach: Barry Hughes (1937)
Barry Hughes was een kleurrijke voetbaltrainer van onder meer Haarlem, Go Ahead en Sparta. Hij was ook zanger van carnavalskrakers en presenteerde ooit de Barry Hughes-quiz op televisie. Zijn meest memorabele moment als trainer was tijdens de wedstrijd Haarlem – AZ ’67 in 1978, toen de Welshman met een rolfluit blies richting trainer Georg Kessler, met wie hij op dat moment niet echt vriendjes was.

Wisselspelers:
Willy de Hond, Roelf-Jan Tiktak, Erik Nevland, Stefan Pettersson en John de Wolf

Eén reactie

  1. Hier staat dat Berry van Aerle zijn beroep als postbode ‘weer’ opnam. Echter hij werkte in de bouw voor hij profvoetballer werd. Daarnaast is hij vooral ook supporterscoördinator bij PSV, naast zijn werk als jeugdscout…

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *