Klaus Allofs (1956)

Klaus Allofs (5 december 1956), Duits international, die zowel op het middenveld als in de aanval uit de voeten kon. Naast een korststondig Frans avontuur, speelde hij vooral bij Duitse clubs.

Allofs startte zijn profcarrière in 1975 bij Fortuna Düsseldorf. Hij won er tweemaal de DFB-Pokal; in 1979 en 1980. Zijn talent werd al snel opgemerkt door vele clubs en in 1981 verhuisde hij naar 1. FC Köln. Daar bleef hij tot 1987, toen trok hij naar Olympique Marseille. In 1979 en 1985 werd hij topschutter van de Bundesliga. Met FC Köln won hij in 1983 de DFB-Pokal.

Bij Olympique Marseille speelde Allofs twee seizoenen. In 1989 werd hij met Marseille landskampioen en won hij de Coupe de France. Hij bleef in de Ligue 1 spelen, ditmaal voor Bordeaux. In 1990 verliet hij Frankrijk om opnieuw in zijn thuisland te voetballen. Hij speelde de laatste twee seizoenen van zijn carrière bij Werder Bremen. In 1991 won hij er de DFB-Pokal en in 1992, zijn laatste seizoen, won hij met Bremen de Europacup II.

Allofs speelde in totaal 56 interlands voor de Duitse nationale ploeg, en scoorde zeventien keer voor zijn vaderland. Hij maakte zijn debuut op 11 oktober 1978 tegen Tsjechoslowakije. Met Duitsland won hij het EK 1980, waarin hij topschutter werd. In 1986 verloor hij met Duitsland de finale van het Wereldkampioenschap tegen Argentinië. De herinneringen aan het EK 1980 in Italië komen bij velen vast weer naar boven borrelen toen het Nederlandse Elftal door het toenmalige West-Duitsland compleet van de mat werd gespeeld en Klaus Allofs op de voor hem karakteristieke wijze een treffer voor zijn rekening nam.

Na zijn profcarrière werd Allofs in 1999 trainer van Fortuna Düsseldorf, maar dit was maar van korte duur. In juli 1999 werd hij aangesteld als manager bij Werder Bremen. Vorig jaar kwam Allofs nog in het nieuws omdat hij zijn spelers tatoeages (‘Beckhamisering’) verbood in verband met het risico op infecties.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *