Dejan Govedarica (2 oktober 1969) is een voormalig middenvelder van onder meer FC Volendam, NEC Nijmegen en RKC Waalwijk. De linkspoot stond bekend als een uitstekend controleur.
Govedarica begon zijn profcarrière bij het fraai genaamde FK Proleter Zrenjanin in het toenmalig Joegoslavië. Hij verliet de club na drie seizoenen voor topclub FK Vodjovina Novi Sad. Met deze ploeg werd hij in het seizoen 1994/95 landskampioen. Vervolgens trok ‘Goofy’ naar Nederland, waar hij terecht kwam in Volendam.
Het vissersdorp genoot anderhalf jaar van de speler, want halverwege het jaar 1997 trok het Italiaanse Lecce de 29-voudig international van Joegoslavië aan.
Na zes maanden aan de Adriatische kust te hebben gevoetbald, haalde RKC Waalwijk Govedarica terug naar Nederland. In 2002 stapte de inmiddels 33-jarige middenvelder over naar NEC. In zijn debuutseizoen als NEC’er was Govedarica direct een zeer belangrijke schakel in het behalen van Europees voetbal.
Govedarica maakte in 1994 zijn debuut voor het nationale elftal van Joegoslavië. Hij was actief op de het WK van 1998 en het EK van 2000. Tijdens beide toernooien werd Joegoslavië in de 2e ronde uitgeschakeld. Beide keren was het Nederlands elftal de tegenstander. In totaal kwam Govedarica bijna dertig keer uit voor het nationale team. Hij scoorde hierin twee interland doelpunten. ,
Legendarisch was de wedstrijd tegen Spanje. Dejan maakte zelf met een subtiele voetbeweging een doelpunt. Maar het mocht niet baten…
Twee jaar later verliet hij Nederland om in Servië af te bouwen bij FK Vodjovina Novi Sad, waar hij eerder al speelde. In 2005 hing Govedarica zijn voetbalschoenen aan de wilgen.
In 2006 werd Govedarica benoemd tot assistent-bondscoach van de Servisch voetbalelftal onder 21. Dit team haalde in juni 2007 de finale van het Europees kampioenschap. Daarmee kwalificeerde het team zich tevens voor de Olympische Spelen in 2008, waar Govedarica ook als assistent fungeerde.
In februari 2011 kreeg Dejan Govedarica een aanstelling als bondscoach van de nationale U19-ploeg van Servië
(Foto: ANP – Raymond Rutting)