Darko Pancev (7 september 1965) was een levensgevaarlijke Macedonische spits die grote prijzen behaalde met Rode Ster Belgrado. Niet voor niets had hij de bijnaam ‘Cobra’.
Pancev werd geboren in Skopje en speelde zich al snel in de kijker bij de plaatselijke voetbalclub Vardar Skopje. Uiteraard bleef zijn talent niet onopgemerkt bij de grote clubs, hij werd in 1988 ingelijfd door topclub Rode Ster Belgrado.
De geslepen aanvaller maakte onderdeel uit van een magische generatie voetballers. Hij speelde onder meer samen met cracks als Dejan Savicevic, Vladimir Jugovic, Robert Prosinecki en Sinisa Mihajlovic. De club reeg de prijzen aaneen en boekte in 1991 een historische overwinning: het won de Europa Cup 1 na een finale die met strafschoppen werd gewonnen van Olympique Marseille. Pancev scoorde hierbij de beslissende penalty. Later dat jaar wonnen de Joegoslaven ook eens de Wereldbeker ten koste van het Chileense Colo Colo.
Darko Pancev werd ook wel ‘De Cobra’ genoemd. Hij was levensgevaarlijk, koelbloedig en stond altijd op de goede plek. Hij was tweebenig, kopsterk en geslepen. Hij barstte in die tijd van het zelfvertrouwen: “Ik kan niet dribelen, ik kan niet pingelen en ik kan niet passen. Maar ik ben wel de gevaarlijkste aanvaller van Europa; Of eigenlijk van de wereld”, riep de spits in die tijd de voetbalwereld brutaal toe.
In 1991 won Pancev de Gouden Schoen als topscorer van Europa met 34 goals. Saillant detail was hierbij dat hij deze prijs pas vijftien jaar later kreeg uitgereikt omdat de Cypriotische voetbalbond destijds protesteerde. In 1991 werd hij gedeeld tweede bij de ‘Ballon d’Or’, de verkiezing voor beste voetballer van Europa.
In 1992 kreeg Pancev zijn droomtransfer. Hij vertrok voor bijna 20 miljoen gulden naar Internazionale. Zijn avontuur in Milaan werd echter een flop. Hij kon niet aarden bij het defensief spelende elftal van trainer Osvaldo Bagnoli. Die had in zijn systeem vooral hard werkende spitsen nodig had, terwijl Pancev juist iemand was die in de zestien van de tegenstander tot leven kwam. In 1993 kreeg hij bovendien concurrentie van Dennis Bergkamp die de voorkeur kreeg. Ruben Sosa het daar overigens niet mee eens. De Uruguayaanse dribbelaar speelde liever met de geslepen Pancev dan met onze landgenoot.
Het mocht allemaal niet baten. Hij scoorde uiteindelijk maar drie goals in de Serie A. Na uitleenperiodes aan VFB Leipzig en Fortuna Düsseldorf vertrok De Cobra in 1996 naar het Zwitserse FC Sion. In 1997 zette de ooit zo gevreesde aanvaller al op 31-jarige leeftijd een punt achter zijn carrière.
(Foto: Wikipedia)