Carlos ‘Kaiser’ Henrique Raposo (2 april 1963) was een meesteroplichter die een indrukwekkend rijtje aan clubs bijeen wist te vergaren. Hij werd daarmee ‘de beste voetballer die (bijna) nooit speelde’.
Puebla FC, Botafogo FR, CR Flamengo, Gazélec FCO Ajaccio, Bangu AC, Fluminense FC, CR Vasco da Gama, El Paso Patriots America FC en Guarany FC. Het zijn allemaal clubs die trapten in de mooie verhalen van ‘Kaiser’. Doordat hij veel uiterlijke overeenkomsten vertoonde met Franz Beckenbauer, had Raposo deze bijnaam gekregen. Qua voetballend vermogen zou deze vergelijking steeds meer en meer mank gaan…
Jeugd
Raposo begon zijn jeugdcarrière nog wel hoopgevend, in zijn thuisland Brazilië bij Botafogo en verhuisde later ‘binnenlands’ naar Flamengo, nog zo’n roemruchte club. In 1981 maakte hij genoeg indruk bij Puebla tijdens een trainingssessie. Door zijn ranke en lenige verschijning, viel hij in de smaak en hij kreeg dan ook een contract bij de Mexicaanse club. Dit hoewel hij maanden later weer werd verkocht zonder ook maar één volledige wedstrijd te hebben gespeeld. ‘Kaiser’ werd wel voor drie wedstrijden geselecteerd, maar speelde in totaal slechts 23 minuten. Dit was het eerste teken aan de ‘voetbalwand’.
Blessure
Aan de ene kant ging Carlos zich meer en meer gedragen als een voetbalprof, aan de andere kant maakte hij steeds minder speelminuten. Hij leende dure kleren en goederen, deelde drankjes uit bij de vleet en ging om met voetballers die het wel waar maakten, zoals Ricardo Rocha en Romario. Op deze manier wist hij deze bekende spelers voor zich te winnen en dwong hij een stage af bij, wederom Botafogo, een van de grootste clubs van Brazilië. Zoals veel vaker in zijn loopbaan simuleerde hij meteen een blessure waardoor hij steeds minder van de bank kwam. De ene keer was het de hamstring, de andere een mondinfectie, wat in scene was gezet door een een-tweetje met een bevriende tandarts.
Geen bal rechtuit
Ook bij Botafoga gebruikte hij de vermaarde ‘speelgoed-GSM-truc’. Carlos gebruikte speelgoed-GSM’s die op dat moment toch impopulair en duur waren, om valse gesprekken in vreemde talen te faken, te doen alsof hij aan het bellen was. Dit, om niet-bestaande overdrachtsaanbiedingen af te keuren en om een beeld van zichzelf te creëren als waardevolle en veel gewilde speler. En dat terwijl hij dus nog geen bal rechtuit kon trappen.
Ajaccio
Bij het Franse Ajaccio ging hij ook aan de slag. Op de dag dat hij aankwam, was er meteen een training. Omdat Raposo niet op de eerste dag al ontmaskerd wilde worden, besloot hij alle ballen in de tribune te trappen zodat alle ballen voor de training op waren en hij niet hoefde te trainen. Dit deed hij terwijl hij het logo van de club op zijn shirt kuste. De supporters waardeerden zijn clubliefde zeer, echter zonder door te hebben dat ze er werden ingeluisd.
Terug naar thuisland
In 1989 keerde Raposo terug naar Brazilië. Hier ging het bijna mis voor de op papier aanvaller. Bijna want weer wist Raposo de dans te ontspringen. De trainer van Bangu, zijn nieuwe werkgever, wilde hem plots inbrengen op verzoek van een sponsor. Raposo wist er echter wel raad mee en begon zonder reden een tegenstander uit te schelden. Het resulteerde in een enorme vechtpartij, en Raposo kreeg rood; zonder een bal aan te hebben geraakt. Weer was het gelukt om niet in actie te hoeven komen. In Bangu speelde hij uiteindelijk twee wedstrijden, maar hij stond slechts achttien hele minuten op het veld. Laat staan dat de voorhoedespeler een doelpunt wist te maken.
Ontmaskerd
Ook zijn nieuwe club was er een van naam en ging eveneens gepaard met een bijzonder verhaal: Fluminense was het en doen alsof vele clubs interesse hadden in de oplichter en blessures werden het. Hier werd hij uiteindelijk wel ontmaskerd door een assistent. Maar wonder boven wonder: bij Fluminense speelde Kaiser vijftien wedstrijden en scoorde hij zelfs een doelpunt en ook nog tegen de grootste rivaal van Fluminense, namelijk Flamengi. Het kan verkeren… Uiteindelijk werd dit ook geen groot succes.
Doelpunt!
In 1993 verkaste Raposo naar Vasco da Gama, ook geen gekke naam! Het verhaal hierbij was dat Raposo zich zag gecontracteerd om een teamgenoot te helpen die met een alcoholprobleem kampte. Ook hier kwam hij niet aan spelen toe en kreeg hij het voor elkaar dat hij onder contract kwam bij achtereenvolgens El Paso Patriots en America FC, twee Amerikaanse ploegen. Guarany werd uiteindelijk in 1996 het laatste team waar ‘Kaiser’ voor speelde of beter gezegd: waar hij op de loonlijst stond. Bij deze club speelde hij twaalf wedstrijden en scoorde hij zelfs weer een doelpunt. In zijn prof-carrière speelde ‘Kaiser’ daarmee uiteindelijk bij tien verschillende clubs.
Boek en film
Dit verhaal schreeuwde natuurlijk om een boek en dus ook een verfilming. Deze kwamen er dan ook, beide “Kaiser: The Greatest Footballer Never to Play Football” geheten. En met deze plek op onze website is de hoogst merkwaardige voetbalcirkel rond voor deze charlatan. Carlos Henrique Raposo, een voetballer die eigenlijk geen bal kon raken maar wel een indrukwekkend rijtje clubs achter zijn naam heeft staan…
(Foto: Youtube)