Ansgar Brinkmann (5 juli 1969) was een kleurrijke Duitse vleugelaanvaller met een fabelachtige techniek. Droeg niet voor niets de bijnaam ‘De Witte Braziliaan’. Werd door zijn acties buiten de lijnen, beroemder dan van die er binnen. Verslond een recordaantal clubs.
‘Minstens vijftig interlands had jij moeten spelen’, zei Bert Vogts ooit tegen hem. Ansgar Brinkmann, in zijn tijd een van de grootste Duitse talenten. Behept met een fantastisch balgevoel en onnavolgbare techniek. Een straatvoetballer pur sang. De Witte Braziliaan was niet voor niets een van zijn bijnamen. Zijn klasse toonde hij slechts voor een deel in de Bundesliga. Slechts 59 wedstrijden speelde hij op het hoogste niveau bij onze oosterburen. Het overgrote deel van zijn carrière stond in het teken van escapades buiten het veld.
Brinkmann was vijftien toen hij zich in aansloot bij Bayer Uerdingen ’05. Drie jaar later wisselde hij naar VfL Osnabrück waar hij zijn eerste profcontract tekende. En als snelle en grillige vleugelspeler werd hij al snel publiekslieveling. Bij Osnabrück volgde ook zijn eerste ontmoeting met de sterke arm van de wet. Hij had zich een Porsche aangeschaft en na een avondje stappen met vrienden reden ze in een fuik van de politie. Alcoholcontrole. De agenten roken onmiddellijk dat Ansgar geen fris gedronken had en hij moest meer naar een busje, voor een blaastest. Daar had hij geen zin in. Door een open raam opende hij de autodeur van de politiewagen en ging er vandoor. Geen van de agenten was snel genoeg om hem bij te houden.
Uren later meldde hij zich op het bureau om zijn Porsche op te halen. Hij werd daar aangehouden en kreeg later een boete van 43.000 D-Mark. Zijn Porsche ruilde hij in voor een Ford Ka. ‘Om de kans om aangehouden te worden te verkleinen’, luidde zijn redenering.
In de jaren die volgden wisselde Brinkmann regelmatig van club. Nooit langer dan twee seizoenen bleef hij ergens. Hij is een van de spelers die het vaakst van club wisselden. Zijn avonturen buiten de lijnen zorgden er echter voor dan hij niet vergeten werd. Zijn frequente kroegbezoek leverde hem de bijnaam ‘Trinkmann’ op en niet zelden was hij betrokken bij vechtpartijen. Samen met de Nederlander Dirk van der Ven bracht Brinkmann een nachtelijk bezoek aan de ijsbaan van Gütersloh. De beiden werd betrapt door een bewaker en deze werd mishandeld door Brinkmann. Ze werden achtervolgd door de politie en in de kraag gegrepen. De pers kreeg lucht van de arrestatie en Brinkmann gaf een interview, waarin hij zei dat het voorval niets voorstelde. “Ik verstop namelijk Osama Bin Laden in mijn kelder, dat is pas nieuws.”
In zijn tijd bij Arminia Bielefeld nam hij zijn hond mee naar de training, omdat hij geen oppas voor de Husky vinden kon. In de kleedkamer werd het beest echter al snel ontdekt. Toen trainer Benno Möhlmann hierop vroeg van wie het dier was, antwoordde Brinkmann: “Dat is mijn hond Gin, en deze traint vandaag mee.”
Als hij bij Preußen Münster speelt is hij vaak ’s avonds en ’s nachts in de kroeg te vinden. Hij is namelijk gek van/op een aantal volleybalspeelsters en zakt regelmatig met ze door. Op zijn antwoordapparaat is zelfs in die periode de tekst te horen: “Ich bin bis morgens um 5 Uhr in meiner Stammkneipe zu erreichen.”
In 2007 stopt Brinkmann met voetballen. Tijdens zijn afscheidswedstrijd krijgt hij vlak voor tijd de rode kaart. Afgesproken werk en symbolisch voor zijn loopbaan. De man van vijftig interlands, wordt de man van vijftig anekdotes. Maar spijt? Dat heeft Brinkmann niet van zijn escapades.
Meer weten over de levensgenieter Ansgar Brinkmann? Bezoek zijn website www.ansgar-brinkmann.de
(Foto: Wikipedia)